menu
Inloggen
Online oefenen
  • Over schrijfwijzer
    • Over de auteur
    • Over het boek
    • Schrijfwijzer voor het onderwijs
  • Taalvragen
    • Top 33 taalvragen
    • Spellingkwesties
    • Verwarwoordenboek
    • Tekstanalyse
    • Vaktermen
    • Videocolleges
  • Schrijfwijzer online
  • Oefeningen

Inleiding Verwarwoordenboek

Dit Verwarwoordenboek is eigenlijk een ontwarwoordenboek. Het gaat om woordparen met een onduidelijk betekenisverschil, zoals afgunst / jaloezie en bloot / naakt. Om woorden met stijlverschil, zoals keuzen / keuzes en kooplieden / kooplui. En om woorden die niet echt verschillen: direct / gelijk / meteen. Het gaat om voorzetsels: gek op, gek met, gek van. Uiteraard gaat het ook om klassiekers als hun / hen, en spellingkwesties als friet / frites en tenslotte of ten slotte.

 

U kunt hier kiezen uit drie tekstjes vooraf: een taalfilosofische inleiding, een ‘creationistische’ beschouwing en een  voorwoord. Nee, over het verschil tussen een inleiding en een voorwoord heb ik nooit een vraag gehad.

Verwarwoordenboek

Kies een letter
# a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w y z
# a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w y z

tompoes / tompouce

Er is een betekenisverschil.

 

tompoes

twee lagen bladerdeeg met vanilleroom ertussen en roze glazuur erop
Hèhè, dit is voor het eerst dat ik ook een mesje krijg bij een tompoes.

 

tompouce

kleine damesparaplu; tompoes
Deze tompouce is echt te groot als tuinparasol bij het poppenhuis.

 

Er zijn woordenboeken die aangeven dat u tompoes niet als tompouce mag schrijven, omdat tompouce van oorsprong de merknaam is voor een kleine damesparaplu. Maar u en ik zouden niet graag alle tompoucen of tompouces opeten die als zodanig worden aangeprezen.

 

Kennelijk denken banketbakkers dat de Franse spelling invloed heeft op ons smaakzintuig, net zoals eau de cologne lekkerder ruikt dan odeklonje. Maar een banketbakker die het niet van de beïnvloeding moet hebben, gebruikt voor dit zo typisch Nederlandse gebak de Nederlandse spelling.

toost / toast

Er is een betekenisverschil.

 

toost

heildronk
Wilt u straks een toost uitbrengen op de jubilaris?

 

toast

geroosterd brood, cracker
Tijdens de receptie van de armoedeconferentie werden ‘kale’ toastjes gepresenteerd.

 

Toost is de vernederlandsing van het Engelse toast dat ook 'heildronk' betekent. Toast betekende oorspronkelijk 'drankje met stukjes geroosterd brood erin' (om de smaak te verrijken). De betekenissen worden nu in het Nederlands uit elkaar gehouden door de spelling. Maar als u toch een toast uitbrengt, kunt u zich eruit redden door te verwijzen naar de oorspronkelijke Engelse betekenis.

tot / tot en met

Er is een klein betekenisverschil.

 

tot

tot aan, tot en met
Hij ging tot het gaatje.
Ik tel tot tien.

 

tot en met

tot (met inbegrip van het deel na met)
In dit leerjaar leren de kinderen de tafels 1 tot en met 10.

 

Tot is dubbelzinnig. Je speelt oneerlijk wanneer je bij 'ik tel tot tien' al gaat kijken bij negen, maar een contract tot 1 maart is doorgaans niet meer geldig in maart. Intrigerend is dat Vlamingen tot eerder als tot en met interpreteren en Nederlanders eerder als tot aan. Voorkom verwarring en zorg ervoor dat er geen rechtszaak nodig is om te bewijzen dat een contract tot 1 maart nog geldig is óp 1 maart. Gebruik bij datumaanduidingen tot aan of tot en met.

tragisch / triest

De woorden verschillen heel subtiel in betekenis. En tragisch is vaak iets sterker dan triest.
 
tragisch         
heel droevig, treurigmakend 
Tragisch ongeval, boer overrijdt dochter (9) met tractor.
 
triest              
droevig, somber 
Wat een trieste bedoening. Buiten motregende het, binnen zat iedereen stil voor zich uit te staren.
 
Is er ook verschil tussen droevig en somber of andere synoniemen zoals treurig en verdrietig? Nee, alleen in de ‘kleur’ van de betekenis:
 
bedroefd          droevig, met vaak een duidelijke oorzaak
 
droevig            verwant aan ‘troebel’
 
somber            verwant aan ‘donker’ en ‘schaduw’ zoals in het Frans l’ombre en bij ons in lommer en ook in het Engelse woord voor paraplu en parasol, ‘umbrella’; eerder een stemming
 
treurig             komt van een werkwoord dat ‘het hoofd laten hangen’ betekent – zoals de takken van een treurwilg; duurt vaak iets langer dan droevig
 
verdrietig        komt van een werkwoord dat ‘onaangenaam aandoen’ betekent; eerder een emotie dan een stemming
 
Tragisch komt van ‘tragedie’, een toneelstuk over wat mensen overkomt (door het noodlot) en hoe ze daarmee omgaan, zoals Antigone van Sophocles of Jephta van Vondel. Triest heeft eerder de betekenis ‘zwaarmoedig’. Zo valt te verklaren dat tragisch iets sterker is dan triest. Dit valt ook af te leiden uit de woorden in combinatie. De combinatie triest en tragisch is eerder een climax, terwijl tragisch en triest eerder het accent legt op de ontstane situatie. Vergelijk:
 
Het is triest en tragisch dat hij uiteindelijk heeft gemeend zelf aan zijn leven een einde te moeten maken.
Na een tragisch en triest ongeval op het circuit van Zandvoort , nu onderweg naar huis.
 
En heel subtiel, tragisch heeft nadrukkelijker het aspect dat de droefheid wordt opgeroepen, zoals bij het kijken naar een treurspel of tragedie, terwijl dat bij triest veel minder speelt. Als je dat aspect met triest wilt verbindend, dan kan dat in ‘triest makend’. Maar wij kennen niet ‘tragisch makend’, want dat ‘makend’ zit al in tragisch.
 
Tot slot, is er nog iets sterker dan tragisch? Ja, dramatisch. Bijvoorbeeld bij een ongeval met talrijke slachtoffers kun je nog meer tragiek uitdrukken door te spreken over een dramatisch ongeval.

trilogie / triologie

Er is geen betekenisverschil.

 

De spelling triologie is niet geaccepteerd, behalve op internet. Een trilogie is een werk dat bestaat uit drie delen, bijvoorbeeld The Lord of the Rings van Tolkien. De verschrijving met een o is mogelijk ontstaan onder invloed van duo. Hoe dan ook, triologie hebben we niet nodig, want er is geen betekenisverschil met trilogie.

turkoois / turquoise

De woorden hebben dezelfde betekenis, maar er is een tendens naar verschil in gebruik.

 

turkoois     

blauwgroene halfedelsteen, de kleur van deze steen

Een hoofdtooi met een bijzondere variatie aan blauwe stenen: azuur, turkoois en lapis lazuli.

 

turquoise    

de kleur van turkoois, de steen zelf

Deze parkietjes hebben eerder smaragdgroene dan turquoise vleugelvlekjes.

 

De naamgeving van deze ‘geneeskrachtige en beschermende’ siersteen verwijst naar Turkije, omdat de westerse wereld met deze steen kennismaakte via Turkse handelaren. Er wordt wel onderscheid gemaakt tussen turkoois als zelfstandig naamwoord en turquoise als bijvoeglijk naamwoord. Maar beide woorden komen in beide woordsoorten voor. We kunnen spreken over een turquoise zee, en over het turquoise van de zee dat zo mooi afsteekt tegen het witte strand.

 

De vorm turkooizen is als naamwoord dubbelzinnig. Het kan een zelfstandig naamwoord zijn, als meervoud van turkoois (de steen). Dus Daar liggen nog drie kleine turkooizen. Maar het kan ook een bijvoeglijk naamwoord zijn: een turkooizen armband. Wel wordt turquoise eerder gebruikt in de modewereld om een kleur aan te duiden, en turkoois eerder als het om de steen zelf gaat. Misschien wel daarom klinkt turquoise iets chiquer en verfijnder dan turkoois.

 

De variatie in bijvoeglijke naamwoorden – turquoise en turkooizen – is vooral interessant voor dicteeliefhebbers. Wat moet je schrijven: een turquoise bordje of een turkooizen bordje? Beide vormen zijn goed, zeggen spellingdeskundigen, want beide woorden komen voor. Nee, toch niet. Want je spreekt de woorden verschillend uit: een bordje van turquoise rijmt op ‘oase’, en een bordje van turkoois rijmt op ‘moois’. Let dus bij een volgend dictee met dit woord op de uitspraak ervan.

 

 

twijfelen / weifelen

Er is een klein betekenisverschil.

 

twijfelen

in onzekerheid verkeren, besluiteloos zijn, in tweestrijd verkeren
Hij twijfelt nog of hij de baan zal aannemen.

 

weifelen

in onzekerheid verkeren, besluiteloos zijn, aarzelen
Hij weifelde meer dan tien seconden voor hij een antwoord gaf.

 

De woorden overlappen elkaar grotendeels in betekenis. Een heel fijnzinnig onderscheid kan gemaakt worden op basis van de herkomst van de woorden. Twijfelen heeft te maken met twee. Vandaar het betekeniselement 'tweestrijd' en het niet kunnen kiezen tussen twee mogelijkheden. In het twijfelen-voorbeeld: de baan nemen of niet.

 

Weifelen heeft te maken met wuiven: heen en weer bewegen zoals soms bij aarzelend nadenken. In het weifelen-voorbeeld suggereert twijfelen eerder 'wel of niet antwoorden'; weifelen suggereert hier eerder een algemenere onzekerheid.

 

Maar als u niet kunt kunt kiezen tussen twijfelen en weifelen, dan mag u twijfelen en weifelen niet vermengen tot wijfelen; kies dan voor het veel frequentere twijfelen. En als u twijfelt, niet weifelt, over de ei en de ij, onthoud dan dat het langste woord een lange ij krijgt.

 

Voor de taalliefhebbers beide woorden nog even in één zin: De goal van de linksbuiten in de eerste helft neemt mijn twijfels over het weifelend spel nog niet weg.

 

De variatie ei-ij kent meer woordparen. Voor andere struikelblokken kijkt u bij bereiden / berijden.

U / u

Er is een verschil in gebruik.

 

U

religieuze aanspreekvorm voor het Opperwezen
Naar U strek ik mijn handen uit. Ik roep Uw naam, Gij zijt mijn God.

 

u

de beleefdheidsvorm van de aangesproken persoon
Hierbij wordt u uitgenodigd om aanwezig te zijn bij de nieuwjaarsreceptie.

 

In gevallen waarin men extra eerbied tot uitdrukking wil brengen, kan men eventueel een hoofdletter gebruiken: Majesteit, wij heten U en Uw gevolg van harte welkom.

u bent, u hebt / u is, u heeft

Er is geen betekenisverschil, het gaat om een verschil in combinatiemogelijkheden.

 

Het woordje u is van oorsprong een derde persoon enkelvoud: u is, u heeft. Maar tegenwoordig vat men u op als een tweede persoon, omdat het de beleefdheidsvorm is voor jij. Vandaar: u bent, u hebt. Omdat u is, derde persoon, veel minder voorkomt dan u bent (tweede persoon) is de tweede persoon ook bij hebben in opmars. U hebt (tweede persoon) wordt nu ook gebruikt naast u heeft (derde persoon).

 

Wees wel consequent. In de volgende voorbeelden worden de tweede en de derde persoon door elkaar gebruikt:

  • Wanneer u gehuwd bent en een kind heeft.
  • U hebt zich vergist.

 

In de eerste zin staat bent (tweede persoon) en heeft (derde persoon). In deze zin moet heeft vervangen worden door hebt. En in de tweede voorbeeldzin hoort zich bij de derde persoon, terwijl hebt bij de tweede persoon hoort. Om consequent te zijn moet u óf hebt vervangen door heeft óf zich vervangen door u.

 

Het volgende voorbeeld laat zien dat het gebruik van hebt of heeft ook betekenisverschil kan veroorzaken. Want wie heeft wie bediend in een zin als De man die u bediend heeft? Met hebt was u de ober. Zie ook u kan, wil, zal / u kunt, wilt, zult.

u kan, wil, zal / u kunt, wilt, zult

Er is geen betekenisverschil, het gaat om een verschil in combinatiemogelijkheden.

 

Het woordje u is van oorsprong een derde persoon enkelvoud: u kan, u wil, u zal. Het woordje u is waarschijnlijk afgeleid van uwe edelheid; dit werd via uwé tot u. Maar tegenwoordig vat men u op als een tweede persoon, omdat het de beleefdheidsvorm is voor jij. Vandaar: u kunt, u wilt, u zult. Tegenwoordig klinken u zal, u kan en u wil iets informeler of zelfs iets onverzorgder.

 

De vormen met de tweede persoon hebben de voorkeur:

  • Indien u aanwezig wilt zijn, kunt u dat hieronder kenbaar maken.
  • Doe zoals wij en u zult gelukkig worden.

 

In Vlaanderen is u kan wel standaardtaal. En natuurlijk is kan ook goed in: Ik weet dat hij u kan helpen. Zie ook u bent, u hebt / u is, u heeft.

uiteenzetting / beschouwing / betoog

 

De woorden worden door elkaar gebruikt, maar er zijn verschillen.

 

uiteenzetting            

wat je zegt of schrijft om informatie te geven

Hij gaf een uiteenzetting over de resultaten die met laboratoriumdieren waren bereikt.

 

beschouwing            

wat je zegt of schrijft om te vertellen wat jouw mening is, en/of die van anderen.

In zijn beschouwing over zin en onzin van dierexperimenten heb ik niets gehoord over de rol van de overheid.

 

betoog                       

wat je zegt of schrijft om te bewijzen (objectief) of te overtuigen (subjectief)

Zij stak een betoog af dat erop neerkwam dat dierexperimenten per direct verboden moeten worden.

 

De verschillen zijn – op het eerste gezicht – redelijk duidelijk. Ze lopen parallel met drie belangrijke functies van taal: informeren, opiniëren, overtuigen.

 

Een uiteenzetting informeert. Dat gaat via feiten, zoals in een nieuwsbericht. Een uiteenzetting is doorgaans objectief, maar kan ook subjectieve elementen bevatten, bijvoorbeeld als bepaalde feiten niet worden vermeld.

 

Een beschouwing opinieert. Dat gaat via meningen, zoals in een opiniestuk. Zo kun je een onderwerp van verschillende kanten belichten, en een lezer of luisteraar zijn eigen mening laten vormen of verder aan het denken zetten.

 

Een betoog probeert te overtuigen. Dat gaat via standpunten, zoals in een ingezonden brief. Je geeft dan argumenten en weerlegt tegenargumenten, met als conclusie een stelling. Daarmee heeft een betoog vaak een wat strakkere structuur dan een beschouwing of een uiteenzetting.

 

De onderscheidingen lijken duidelijk. Maar er zijn twee intrigerende problemen.

 

1. het vorm-probleem. Aan het taalgebruik of de tekst zélf valt vaak niet te zien of we te maken hebben met een uiteenzetting, een beschouwing of een betoog. Neem het volgende dialoogje.

 

– Ik zie dat hier al een tijd lang niet is schoongemaakt en …
– Ho wacht even, ga jij hier nu een betoog opzetten dat ík hier moet gaan schoonmaken!|
– Nee hoor, ik geef gewoon een objectieve uiteenzetting van een stand van zaken.
– Objectief? Wat bedoel je dan met ‘een tijd lang’? Vorige week nog …
– Ja, maar dat vind ik een  tijd lang geleden
– Ah, dat is dus een mening. Dan ben jij dus subjectief en begin je eigenlijk aan een beschouwing.
– Ook goed. Maar ik probeer zo neutraal mogelijk een mening te geven. Natuurlijk zou ik ook kunnen gaan schoonmaken, maar waarom jij niet?
– Nu ben je wéér bezig met een betoog! Door de mening dat ik moet schoonmaken als laatste te noemen, geef jij eigenlijk jouw standpunt, en probeer jij mij zo ver te krijgen dat te doen.
– Sorry hoor! Als jij zo moeilijk doet over uiteenzetting-beschouwing-betoog, zeg ik al niks meer.

 

2. het functie-probleem. In de communicatie zijn de genoemde drie functies van taal

– informeren, opiniëren en overtuigen – vaak sterk verweven. Je kunt immers een feit (uiteenzetting) gebruiken om iemand te overtuigen (betoog). En het verschil tussen een mening (beschouwing) en een standpunt (betoog) is ook lang niet altijd duidelijk. Het gemakkelijkste onderscheid lijkt hier nog dat een standpunt een ‘beargumenteerde mening’ is. Zie hierover elders in het Verwarwoordenboek, en lees daar ook over andere verwante woorden: opinie, opvatting, overtuiging en visie.

 

De drie woorden hebben dan wel elk hun eigen betekenis, maar hoe stel je vast of de spreker of schrijver ook werkelijk het doel heeft om te informeren, opiniëren of overtuigen? Of misschien wil hij wel alle drie! Daarom is het ook zo belangrijk dat leraren Nederlands blijven discussiëren over het nut van tekstvragen over het onderscheid tussen een uiteenzetting, een beschouwing en een betoog. Zie hierover bijvoorbeeld de bijdrage van Marc van Oostendorp in Neerlandistiek uit 2019, mét de commentaren daarop.

 

Tot zover deze uiteenzetting, of is het toch een beschouwing? Ja zeker, er zitten ook beschouwelijke elementen in, want ik heb het woord ‘intrigerend’ gebruikt bij het vorm-functie-probleem, en het woord ‘belangrijk’ bij een discussie over tekstvragen. Maar een examenvraag Nederlands of deze tekst a. overwegend beschouwend, b. overwegend uiteenzettend, c. overwegend betogend is, zou toch wel met b moeten worden beantwoord.

 

 

uithalen / uitrichten

Er is een betekenisverschil.

 

uithalen

doen wat niet mag; effect hebben, slagen (met een ontkenning)
Wie heeft er in zijn jeugd nooit kattenkwaad uitgehaald?

Je kunt van alles tegenwerpen, maar dat zal niets uithalen.

 

uitrichten

uitvoeren, gedaan krijgen
De oppositie heeft nooit iets van betekenis kunnen uitrichten tegen dit kabinet.

 

Uithalen betekent onder andere ook nog 'leeghalen, uit elkaar halen', bijvoorbeeld in een breiwerk uithalen. En uitrichten betekent ook nog 'afstellen', bijvoorbeeld in een schotelantenne uitrichten. De beide woorden in één zin: Praten met hem over wat hij nu weer heeft uitgehaald, zal niets uitrichten.

uitlopen, in / op

Er is een klein betekenisverschil.

 

uitlopen in

eindigen in, opgaan in een groter geheel
Dit kanaal loopt tien kilometer verder uit in een rivier.

 

uitlopen op

eindigen in (ook met negatieve betekenis)
Wat begon als straattoneel met passanten liep uit op een enorme vechtpartij.

 

Er is dus een subtiel verschil tussen:

  • Dit slingerpaadje loopt uit in een asfaltweg. (je kunt doorlopen)
  • Dit slingerpaadje loopt uit op een asfaltweg. (waar je links of rechts kunt)

uitweiden / uitwijden

Er is een betekenisverschil.

 

uitweiden

afdwalen van het onderwerp, wijdlopig over iets spreken of schrijven
Ik kon zijn betoog niet goed volgen doordat hij maar bleef uitweiden over irrelevante details.

 

uitwijden

wijder maken, wijder worden
Het je deze pantalon zelf uitgewijd tot pofbroek?

 

Uitweiden wordt nogal eens gespeld als uitwijden, vanwege de associatie met wijdlopig, maar het woord betekende oorspronkelijk 'uit de wei gaan' om voedsel te zoeken, en kreeg van daaruit de betekenis 'afdwalen'.

 

De variatie ei-ij kent meer woordparen. Voor andere struikelblokken kijkt u bij bereiden / berijden.

uitwisselen, met / tegen

Er is een betekenisverschil.

 

uitwisselen met

persoon A ruilt iets met persoon B
Ik heb gisteren ervaringen uitgewisseld met een collega van een andere gemeente.

 

uitwisselen tegen

persoon A ruilt x tegen y
Ik heb er zo'n spijt van dat ik mijn oude munten heb uitgewisseld tegen postzegels.

 

Dus Noord-Korea kan een uitwisseling hebben mét Zuid-Korea en dan een meesterspion uitwisselen tégen veertig krijgsgevangenen. Zie ook ruilen met / tegen / voor.

vacature, invullen / vervullen

Er is een klein betekenisverschil.

 

vacature invullen

voor een niet-bezette arbeidsplaats een persoon aannemen of een profiel schrijven
Na het mislukken van de zoveelste sollicitatieronde werd besloten de vacature anders in te vullen.

 

vacature vervullen

voor een niet-bezette arbeidsplaats een persoon aannemen
De verhoogde werkdruk leidde ertoe dat de vacature versneld vervuld werd.

 

Invullen is soms iets specifieker. Vergelijk de twee woorden in de volgende zin: Wij kunnen volgend jaar twee vacatures vervullen, maar we willen die voorlopig toch invullen met uitzendkrachten.

vakantie, op / met

Er is geen betekenisverschil.

 

Taalliefhebbers zullen altijd op zoek blijven naar verschillen tussen uitdrukkingen die hetzelfde betekenen. Maar bij dit woordpaar is die zoektocht zonder resultaat gebleven. Hier drie pogingen:

 

1.  Rooms-katholieken of zuiderlingen hebben een voorkeur voor op vakantie en noorderlingen voor met vakantie. Zie ook in de eerste plaats / op de eerste plaats.


Misschien was dit vroeger zo, maar het verschil is nu vervaagd.

 

2.  Op vakantie is eigenlijk fout: het is een contaminatie, een vermenging, van op reis en met vakantie.


Deze redenering is te gezocht. Ook al zou het een contaminatie zijn, dan nog ervaart nauwelijks iemand het als contaminatie. Bovendien zouden we dan ook andere, door niemand zo ervaren contaminaties moeten afkeuren, bijvoorbeeld veronderstellen uit vermoeden en onderstellen, of versturen uit verzenden en sturen of tussen de middag uit tussen de werktijden en omstreeks de middag.

 

3.  Met vakantie betekent eerder 'niet op het werk'. Dus u kunt met vakantie zijn of gaan, maar nog niet naar uw vakantiebestemming vertrokken zijn. Op vakantie betekent eerder 'op de vakantiebestemming'. Dus: Ik ben wel met vakantie, maar u kunt mij tot vrijdag nog bereiken; daarna ben ik echt op vakantie.


Maar dit onderscheid lijkt alleen nuttig voor werknemers die moeilijk los kunnen komen van hun werk, en dus snel echt op vakantie moeten.

vanwege / wegens

Er is een klein betekenisverschil.

 

vanwege

reden, oorzaak; uit naam van, van de kant van, door
Wegomleiding vanwege werkzaamheden.
Deze commissie bevat twee afgevaardigden vanwege de schoolbesturen.

 

wegens

reden, oorzaak; om
Wegomleiding wegens werkzaamheden.
Maria en Jozef moesten naar Bethlehem wegens een bevel vanwege keizer Augustus.

 

Beide woorden geven een reden of oorzaak aan, en hebben ook nog een andere betekenis. Vanwege betekende oorspronkelijk 'van de kant van': een bevel vanwege de keizer. Beide betekenissen in één zin: Zij is afgevaardigd vanwege de sportfederaties vanwege haar bijzondere kwaliteiten. Deze door-betekenis voor vanwege komt echter zelden meer voor.

 

Wegens heeft ook nog een algemenere betekenis waarin de reden of oorzaak vervaagd is tot om: Hij werd geprezen wegens zijn grote inzet.

variant / variatie / variƫteit

De woorden overlappen in betekenis, maar er is wel een klein verschil.

 

variant

een andere, licht afwijkende vorm

 

Huurkoop is een variant op kopen op afbetaling.

 

variatie

kleine verandering, (herhaling in) afwijkende vorm: afwisseling, meer concreet

 

In de muziek is het maken van variaties op bekende thema’s al een oud gebruik.

Op deze camping is te weinig variatie in het creativiteitsaanbod.

 

variëteit

verscheidenheid: afwisseling, meer abstract

 

De winkeliersvereniging zorgt in tal van kraampjes voor een grote variëteit in aanbod.

 

Het verschil kan ook uitgelegd worden met de verschillende niveaus in een onderverdeling of de ‘mate van verschil’. De lijn variëteit-variatie-variant is de lijn van abstract naar concreet, en van veel naar weinig verschil. Vergelijk:

 

De variëteit in plantensoorten op een gemiddeld weiland is de laatste decennia drastisch afgenomen.

De begroeiing hier vertoont niet zoveel variatie, voornamelijk gras.

Kijk, deze variant op de rosa belsamuca heeft mijn vader nog gekweekt.

 

O ja, er zijn nog twee varianten op deze woorden, die je alleen maar kunt gebruiken in de statistiek of de kleinkunst. Variantie is een statistische maat voor de mate waarin een reeks waarden variëren, bijvoorbeeld de rapportcijfers in een klas. En met variété duiden we een theatervoorstelling aan waarin liedjes en sketches elkaar afwisselen.

 

Tot slot nog in het eerste voorbeeld over huurkoop het eerste ‘op’. Is er verschil tussen een variant van en een variant op? Onze taal kent een grote variëteit in voorzetselverbindingen, met ook nog weer regionaal bepaalde variatie, vaak wel met betekenisverschil. Maar bij deze variant is dat lastig. Persoonlijk vind ik een variant van iets meer afwijkend van de oorspronkelijke vorm dan een variant op. Maar mocht je geen verschil zien, dan kan ik ook akkoord gaan met vrije variatie.

 

veejay / vj

Er is geen betekenisverschil, het gaat om een verschil in spelling.

 

Beide varianten voor videojockey zijn juist. Er zijn meer afkortingen die een notatie als afkorting en als letteruitspraak kennen. Voor een overzicht van deze woordparen kijkt u bij beha / bh.

veer, de / het

Er is een betekenisverschil.

 

de veer

elk van de pennen waarmee vogels zijn bedekt; spiraalvormige draad
Van een veer van een Vlaamse gaai kun je goed een pen maken.
De veren van deze matras piepen bij elke beweging die je maakt.

 

het veer

vaartuig dat een verbinding over een water onderhoudt
Alleen in de zomermaanden kun je hier met het veer naar de overkant varen.

 

Bij een aantal woorden geeft het lidwoord betekenisverschil. Voor andere min of meer bekende voorbeelden kijkt u bij de blik / het blik.

vegetariƫr / vegetarisch

Er is een betekenisverschil en een verschil in combinatiemogelijkheden.

 

vegetariër

iemand die geen vlees eet
Na een film over de bio-industrie besloot onze dochter vegetariër te worden.

 

vegetarisch

zonder vlees; vegetariër zijnd
Dit restaurant heeft uitstekende vegetarische menu's.

 

Tegenwoordig wordt vegetarisch ook gebruikt in de betekenis 'vegetariër zijnd'. Dus kan iemand zeggen: Maaike is vegetarisch. Dit betekent uiteraard niet dat Maaike zelf plantaardig is. Evenzo gaat het te ver om bij drie vegetarische gasten aan drie geraamtes te denken.

veilen / vijlen

Er is een betekenisverschil.

 

veilen

in het openbaar verkopen
U kunt uw huis ook laten veilen; het wordt dan verkocht aan de hoogste bieder.

 

vijlen

gladmaken, slijpen
Nagels kun je het best in één richting vijlen.

 

Dankzij dit onderscheid is de korte ei waarschijnlijker in de volgende zin: Tijdens haar laatste concert v..lde de popster haar extravagante nailartdesignnagels.

 

De variatie ei-ij kent meer woordparen. Voor andere struikelblokken kijkt u bij bereiden / berijden.

veranderen / wijzigen

De woorden verschillen niet in betekenis, maar er is soms een licht stijlverschil.

 

veranderen

anders maken, anders worden, overgaan op iets anders

 

Hij heeft zijn hele tuin veranderd.

 

Plotseling veranderde de prinses in een heks.

 

Ik ben van mening veranderd.

 

wijzigen

veranderen; vaak meer formeel

 

De dienstregeling is gewijzigd.

 

Het bestemmingsplan is de laatste twintig jaar flink gewijzigd.

 

De woorden betekenen hetzelfde. In veel gevallen kan ook in een meer formele mededeling veranderen gebruikt worden: De dienstregeling is veranderd. Wel klinkt wijzigen heel vreemd in minder formeel taalgebruik. We zeggen niet:

 

Hij heeft zijn hele tuin gewijzigd.

 

Plotseling wijzigde de prinses in een heks.

 

Ik ben van mening gewijzigd.

 

Het woord wijzigen kan met en zonder zich worden gebruikt. Met zich wordt eerder opgeroepen dat de verandering spontaan plaatsvindt of dat de oorzaak er niet toe doet. Woordenboeken geven dan als voorbeeld:

 

De loop van de rivier heeft zich hier gewijzigd. (oorzaak onbekend)

 

De loop van de rivier is hier gewijzigd. (door het plan ‘meer ruimte voor water’)

verantwoordelijkheid / verantwoording

Er is een betekenisverschil.

 

verantwoordelijkheid

de verplichting om rekenschap af te leggen over iets, het verantwoordelijk zijn voor iets
Het bestuur draagt de verantwoordelijkheid voor het gevoerde beleid.

 

verantwoording

het geven van rekenschap, het verantwoorden van iets
Het bestuur legt verantwoording af over het gevoerde beleid.

 

Verantwoordelijkheid komt van het bijvoeglijk naamwoord verantwoordelijk. U bent ergens verantwoordelijk voor. Een verantwoordelijkheid kunt u aanvaarden, afwijzen, dragen, nemen, opeisen of opnemen.

 

Verantwoording komt van het werkwoord verantwoorden: 'rekenschap geven van'. Verantwoording kunt u afleggen of geven. Als u ergens verantwoordelijk voor bent, kunt u ter verantwoording worden geroepen. Beide woorden in één zin: Omdat de openbare orde valt onder de verantwoordelijkheid van de burgemeester, heeft hij in dezen de plicht tot verantwoording.

 

Nog enkele voorbeelden:

  • Hij kan ter verantwoording geroepen worden voor een misstap.
  • Een verzetsgroep kan de verantwoordelijkheid opeisen voor een aanslag.
  • Hij neemt de verantwoordelijkheid op zich. (die hij eerder nog niet had)
  • Hij neemt de / zijn verantwoordelijkheid. (en trekt hieruit consequenties)
  • Hij neemt iets voor zijn verantwoording. (en is bereid het te verdedigen)
  • Hij werd ter verantwoording geroepen.

 

Verantwoordelijkheid wordt vaak gebruikt met werkwoorden die bij verantwoording horen, en andersom. Je krijgt dan contaminaties als verantwoordelijkheid afleggen in plaats van verantwoording afleggen of verantwoording nemen of dragen in plaats van verantwoordelijkheid dragen. Zie ook aansprakelijk / verantwoordelijk en onverantwoord / onverantwoordelijk.

« Vorige1....313233343536Volgende »
Banner

Verwarwoordenblog

Nieuwsgierig naar de meest actuele blogs over verwarwoorden? Kijk verder op www.neerlandistiek.nl

 

 

Contact


Uitgeverij Boom
Prinsengracht 747
1017 JX Amsterdam
info@schrijfwijzer.nl
088-0301000

Jan Renkema

www.janrenkema.nl
© 2009 - 2025 Boom uitgevers Amsterdam • Privacy policy • Algemene voorwaarden
 
Vorige
Volgende
1 van 1 resultaten.