menu
Inloggen
Online oefenen
  • Over schrijfwijzer
    • Over de auteur
    • Over het boek
    • Schrijfwijzer voor het onderwijs
  • Taalvragen
    • Top 33 taalvragen
    • Spellingkwesties
    • Verwarwoordenboek
    • Tekstanalyse
    • Vaktermen
    • Videocolleges
  • Schrijfwijzer online
  • Oefeningen

Inleiding Verwarwoordenboek

Dit Verwarwoordenboek is eigenlijk een ontwarwoordenboek. Het gaat om woordparen met een onduidelijk betekenisverschil, zoals afgunst / jaloezie en bloot / naakt. Om woorden met stijlverschil, zoals keuzen / keuzes en kooplieden / kooplui. En om woorden die niet echt verschillen: direct / gelijk / meteen. Het gaat om voorzetsels: gek op, gek met, gek van. Uiteraard gaat het ook om klassiekers als hun / hen, en spellingkwesties als friet / frites en tenslotte of ten slotte.

 

U kunt hier kiezen uit drie tekstjes vooraf: een taalfilosofische inleiding, een ‘creationistische’ beschouwing en een  voorwoord. Nee, over het verschil tussen een inleiding en een voorwoord heb ik nooit een vraag gehad.

Verwarwoordenboek

U
# a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w y z
# a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w y z

U / u

Er is een verschil in gebruik.

 

U

religieuze aanspreekvorm voor het Opperwezen
Naar U strek ik mijn handen uit. Ik roep Uw naam, Gij zijt mijn God.

 

u

de beleefdheidsvorm van de aangesproken persoon
Hierbij wordt u uitgenodigd om aanwezig te zijn bij de nieuwjaarsreceptie.

 

In gevallen waarin men extra eerbied tot uitdrukking wil brengen, kan men eventueel een hoofdletter gebruiken: Majesteit, wij heten U en Uw gevolg van harte welkom.

u bent, u hebt / u is, u heeft

Er is geen betekenisverschil, het gaat om een verschil in combinatiemogelijkheden.

 

Het woordje u is van oorsprong een derde persoon enkelvoud: u is, u heeft. Maar tegenwoordig vat men u op als een tweede persoon, omdat het de beleefdheidsvorm is voor jij. Vandaar: u bent, u hebt. Omdat u is, derde persoon, veel minder voorkomt dan u bent (tweede persoon) is de tweede persoon ook bij hebben in opmars. U hebt (tweede persoon) wordt nu ook gebruikt naast u heeft (derde persoon).

 

Wees wel consequent. In de volgende voorbeelden worden de tweede en de derde persoon door elkaar gebruikt:

  • Wanneer u gehuwd bent en een kind heeft.
  • U hebt zich vergist.

 

In de eerste zin staat bent (tweede persoon) en heeft (derde persoon). In deze zin moet heeft vervangen worden door hebt. En in de tweede voorbeeldzin hoort zich bij de derde persoon, terwijl hebt bij de tweede persoon hoort. Om consequent te zijn moet u óf hebt vervangen door heeft óf zich vervangen door u.

 

Het volgende voorbeeld laat zien dat het gebruik van hebt of heeft ook betekenisverschil kan veroorzaken. Want wie heeft wie bediend in een zin als De man die u bediend heeft? Met hebt was u de ober. Zie ook u kan, wil, zal / u kunt, wilt, zult.

u kan, wil, zal / u kunt, wilt, zult

Er is geen betekenisverschil, het gaat om een verschil in combinatiemogelijkheden.

 

Het woordje u is van oorsprong een derde persoon enkelvoud: u kan, u wil, u zal. Het woordje u is waarschijnlijk afgeleid van uwe edelheid; dit werd via uwé tot u. Maar tegenwoordig vat men u op als een tweede persoon, omdat het de beleefdheidsvorm is voor jij. Vandaar: u kunt, u wilt, u zult. Tegenwoordig klinken u zal, u kan en u wil iets informeler of zelfs iets onverzorgder.

 

De vormen met de tweede persoon hebben de voorkeur:

  • Indien u aanwezig wilt zijn, kunt u dat hieronder kenbaar maken.
  • Doe zoals wij en u zult gelukkig worden.

 

In Vlaanderen is u kan wel standaardtaal. En natuurlijk is kan ook goed in: Ik weet dat hij u kan helpen. Zie ook u bent, u hebt / u is, u heeft.

uiteenzetting / beschouwing / betoog

 

De woorden worden door elkaar gebruikt, maar er zijn verschillen.

 

uiteenzetting            

wat je zegt of schrijft om informatie te geven

Hij gaf een uiteenzetting over de resultaten die met laboratoriumdieren waren bereikt.

 

beschouwing            

wat je zegt of schrijft om te vertellen wat jouw mening is, en/of die van anderen.

In zijn beschouwing over zin en onzin van dierexperimenten heb ik niets gehoord over de rol van de overheid.

 

betoog                       

wat je zegt of schrijft om te bewijzen (objectief) of te overtuigen (subjectief)

Zij stak een betoog af dat erop neerkwam dat dierexperimenten per direct verboden moeten worden.

 

De verschillen zijn – op het eerste gezicht – redelijk duidelijk. Ze lopen parallel met drie belangrijke functies van taal: informeren, opiniëren, overtuigen.

 

Een uiteenzetting informeert. Dat gaat via feiten, zoals in een nieuwsbericht. Een uiteenzetting is doorgaans objectief, maar kan ook subjectieve elementen bevatten, bijvoorbeeld als bepaalde feiten niet worden vermeld.

 

Een beschouwing opinieert. Dat gaat via meningen, zoals in een opiniestuk. Zo kun je een onderwerp van verschillende kanten belichten, en een lezer of luisteraar zijn eigen mening laten vormen of verder aan het denken zetten.

 

Een betoog probeert te overtuigen. Dat gaat via standpunten, zoals in een ingezonden brief. Je geeft dan argumenten en weerlegt tegenargumenten, met als conclusie een stelling. Daarmee heeft een betoog vaak een wat strakkere structuur dan een beschouwing of een uiteenzetting.

 

De onderscheidingen lijken duidelijk. Maar er zijn twee intrigerende problemen.

 

1. het vorm-probleem. Aan het taalgebruik of de tekst zélf valt vaak niet te zien of we te maken hebben met een uiteenzetting, een beschouwing of een betoog. Neem het volgende dialoogje.

 

– Ik zie dat hier al een tijd lang niet is schoongemaakt en …
– Ho wacht even, ga jij hier nu een betoog opzetten dat ík hier moet gaan schoonmaken!|
– Nee hoor, ik geef gewoon een objectieve uiteenzetting van een stand van zaken.
– Objectief? Wat bedoel je dan met ‘een tijd lang’? Vorige week nog …
– Ja, maar dat vind ik een  tijd lang geleden
– Ah, dat is dus een mening. Dan ben jij dus subjectief en begin je eigenlijk aan een beschouwing.
– Ook goed. Maar ik probeer zo neutraal mogelijk een mening te geven. Natuurlijk zou ik ook kunnen gaan schoonmaken, maar waarom jij niet?
– Nu ben je wéér bezig met een betoog! Door de mening dat ik moet schoonmaken als laatste te noemen, geef jij eigenlijk jouw standpunt, en probeer jij mij zo ver te krijgen dat te doen.
– Sorry hoor! Als jij zo moeilijk doet over uiteenzetting-beschouwing-betoog, zeg ik al niks meer.

 

2. het functie-probleem. In de communicatie zijn de genoemde drie functies van taal

– informeren, opiniëren en overtuigen – vaak sterk verweven. Je kunt immers een feit (uiteenzetting) gebruiken om iemand te overtuigen (betoog). En het verschil tussen een mening (beschouwing) en een standpunt (betoog) is ook lang niet altijd duidelijk. Het gemakkelijkste onderscheid lijkt hier nog dat een standpunt een ‘beargumenteerde mening’ is. Zie hierover elders in het Verwarwoordenboek, en lees daar ook over andere verwante woorden: opinie, opvatting, overtuiging en visie.

 

De drie woorden hebben dan wel elk hun eigen betekenis, maar hoe stel je vast of de spreker of schrijver ook werkelijk het doel heeft om te informeren, opiniëren of overtuigen? Of misschien wil hij wel alle drie! Daarom is het ook zo belangrijk dat leraren Nederlands blijven discussiëren over het nut van tekstvragen over het onderscheid tussen een uiteenzetting, een beschouwing en een betoog. Zie hierover bijvoorbeeld de bijdrage van Marc van Oostendorp in Neerlandistiek uit 2019, mét de commentaren daarop.

 

Tot zover deze uiteenzetting, of is het toch een beschouwing? Ja zeker, er zitten ook beschouwelijke elementen in, want ik heb het woord ‘intrigerend’ gebruikt bij het vorm-functie-probleem, en het woord ‘belangrijk’ bij een discussie over tekstvragen. Maar een examenvraag Nederlands of deze tekst a. overwegend beschouwend, b. overwegend uiteenzettend, c. overwegend betogend is, zou toch wel met b moeten worden beantwoord.

 

 

uithalen / uitrichten

Er is een betekenisverschil.

 

uithalen

doen wat niet mag; effect hebben, slagen (met een ontkenning)
Wie heeft er in zijn jeugd nooit kattenkwaad uitgehaald?

Je kunt van alles tegenwerpen, maar dat zal niets uithalen.

 

uitrichten

uitvoeren, gedaan krijgen
De oppositie heeft nooit iets van betekenis kunnen uitrichten tegen dit kabinet.

 

Uithalen betekent onder andere ook nog 'leeghalen, uit elkaar halen', bijvoorbeeld in een breiwerk uithalen. En uitrichten betekent ook nog 'afstellen', bijvoorbeeld in een schotelantenne uitrichten. De beide woorden in één zin: Praten met hem over wat hij nu weer heeft uitgehaald, zal niets uitrichten.

uitlopen, in / op

Er is een klein betekenisverschil.

 

uitlopen in

eindigen in, opgaan in een groter geheel
Dit kanaal loopt tien kilometer verder uit in een rivier.

 

uitlopen op

eindigen in (ook met negatieve betekenis)
Wat begon als straattoneel met passanten liep uit op een enorme vechtpartij.

 

Er is dus een subtiel verschil tussen:

  • Dit slingerpaadje loopt uit in een asfaltweg. (je kunt doorlopen)
  • Dit slingerpaadje loopt uit op een asfaltweg. (waar je links of rechts kunt)

uitweiden / uitwijden

Er is een betekenisverschil.

 

uitweiden

afdwalen van het onderwerp, wijdlopig over iets spreken of schrijven
Ik kon zijn betoog niet goed volgen doordat hij maar bleef uitweiden over irrelevante details.

 

uitwijden

wijder maken, wijder worden
Het je deze pantalon zelf uitgewijd tot pofbroek?

 

Uitweiden wordt nogal eens gespeld als uitwijden, vanwege de associatie met wijdlopig, maar het woord betekende oorspronkelijk 'uit de wei gaan' om voedsel te zoeken, en kreeg van daaruit de betekenis 'afdwalen'.

 

De variatie ei-ij kent meer woordparen. Voor andere struikelblokken kijkt u bij bereiden / berijden.

uitwisselen, met / tegen

Er is een betekenisverschil.

 

uitwisselen met

persoon A ruilt iets met persoon B
Ik heb gisteren ervaringen uitgewisseld met een collega van een andere gemeente.

 

uitwisselen tegen

persoon A ruilt x tegen y
Ik heb er zo'n spijt van dat ik mijn oude munten heb uitgewisseld tegen postzegels.

 

Dus Noord-Korea kan een uitwisseling hebben mét Zuid-Korea en dan een meesterspion uitwisselen tégen veertig krijgsgevangenen. Zie ook ruilen met / tegen / voor.

Banner

Verwarwoordenblog

Nieuwsgierig naar de meest actuele blogs over verwarwoorden? Kijk verder op www.neerlandistiek.nl

 

 

Contact


Uitgeverij Boom
Prinsengracht 747
1017 JX Amsterdam
info@schrijfwijzer.nl
088-0301000

Jan Renkema

www.janrenkema.nl
© 2009 - 2025 Boom uitgevers Amsterdam • Privacy policy • Algemene voorwaarden
 
Vorige
Volgende
1 van 1 resultaten.