De woorden worden soms door elkaar gebruikt, maar verschillen wel in betekenis.

 

nauwkeurig       

zorgvuldig, met aandacht en oog voor details

  • Nog nooit werd een luchtweginfectie zo nauwkeurig onderzocht als corona.
  • Ik heb alles nauwkeurig schoongemaakt, je ziet er niets meer van.

 

precies           

exact, zonder afwijking

  • Er komen in elk geval meer dan honderd mensen, maar het precieze aantal is nog niet bekend.
  • Hij begreep niet precies wat zij bedoelde.

 

In het woord nauwkeurig zitten de woorden ‘nauw’ voor ‘smal’ en ‘keur’ dat van ‘kiezen’ komt. Dus in nauwkeurig kies je tussen mogelijkheden die dicht bij elkaar liggen. Vandaar de betekenisaspecten ‘aandacht’ en ‘oog voor details’. Het woord precies komt van een Latijns werkwoord voor ‘afsnijden’. Het is eigenlijk een term uit de retorica of redenaarskunst. Daar betekende het een korte samenvatting waarin je exact aangeeft wat je boodschap is, zonder uitweidingen.

 

Je kunt het betekenisverschil ook omschrijven met de tegenovergestelden van beide woorden. Het tegenovergestelde van nauwkeurig is: ‘globaal’ (algemeen) of ‘slordig’. Het tegenovergestelde van precies is: ‘ongeveer’ of ‘vaag’. Een ander hulpmiddel om het verschil uit te leggen is het onderscheid tussen ‘proces’ en ‘resultaat’: Bij nauwkeurig gaat het erom hoe iemand te werk gaat, het proces. En bij precies gaat het eerder om het resultaat.

 

Met deze informatie kun je het juiste woord kiezen in de volgende twee zinnen:

 

De nauwkeurigheid/precisie van een meting geeft aan hoe groot de afwijking is tussen een gemeten waarde en de werkelijke waarde.

 

De nauwkeurigheid/precisie van een meting slaat op de spreiding van de gemeten waarden.

 

In de eerste zin moet nauwkeurigheid staan. Het gaat erom dat de gemeten waarde ook de werkelijke waarde is. In de tweede zin gaat het om precisie. Als de gemeten waarden ver van elkaar liggen, dan zijn de afwijkingen dus groot, en is de meting minder exact.

 

Er zijn altijd weer meer woorden in hetzelfde betekenisveld, opdat we nog meer ontzag krijgen voor ‘de wondere wereld van de woorden’. Voor het onderscheid tussen synoniemen van nauwkeurig heb ik onvoldoende duidelijke voorbeelden kunnen vinden. Bij accuraat lijkt het of je voldoende oog hebt voor details en ook de snelheid van het proces in de gaten houdt. Bij secuur ligt het accent veel meer op de details zelf, en bij nauwgezet lijkt het erop dat die details met volharding zijn bestudeerd. En het onderscheid tussen synoniemen van precies, zoals exact of stipt? Je raadt het al. Precies!