De woorden overlappen in betekenis, maar negatie heeft nog andere betekenissen.
 
negatie                             
ontkenning, maar ook: ‘tegengesteldheid’ en ‘doen alsof iets niet bestaat’ 
Onze taal kent diverse mogelijkheden om een negatie of ontkenning uit te drukken: niet, niets, geen, noch; areligieus, decoderen, diskwalificatie, enz.
 
ontkenning               
zeggen dat iets niet waar is 
De DNA-test bewees uiteindelijk dat hij gelijk had met de ontkenning van zijn vaderschap.
 
Negatie wordt ook gebruikt in de betekenis van het werkwoord negeren ‘doen alsof iets niet bestaat’: Het opheffen van het schoolvak Latijn zou een negatie van onze klassieke beschaving zijn. En negatief betekent naast ‘tegengesteldheid’ (de omgekeerde waarde) zoals in een (foto)negatief, ook ‘kleiner dan nul’, negatieve getallen, en ‘afwijzend’ zoals in een negatief reisadvies.
 
Min maal min is plus, zo leerden wij op school. Maar aan ontkenningen kun je zien dat taal geen rekenen is. Het klopt wel bij ‘niet onwaarschijnlijk’. Maar in Ik zou daar never nooit op vakantie gaan versterkt ‘never’ de volgende negatie. En door iets te ontkennen, kun je juist ook iets oproepen. Wat kan iemand wel niet denken wanneer een ander uitroept: Ik ben echt geen ijdeltuit hoor!