Er is een betekenisverschil.

 

leggen

doen liggen
Leg deze potloden maar in de la waarin ook de andere tekenspullen liggen.

 

liggen

zich in een horizontale positie bevinden
Bel ik op een goed moment, of lig je nog op bed?

 

Tussen leggen en liggen bestaan twee grammaticale verschillen:

  1. leggen is een zwak werkwoord: leggen-legde-gelegd; liggen is een sterk werkwoord: liggen-lag-gelegen.
  2. leggen heeft een lijdend voorwerp bij zich; liggen kan geen lijdend voorwerp bij zich hebben.

 

Leggen geeft een activiteit aan, liggen een toestand. En gelegen kan ook andere betekenissen hebben zoals in Bel ik gelegen?

 

In de Randstad wordt (werd) leggen ook gebruikt in de betekenis 'liggen': Hé zuster, waar heb jij mijn opa neergelegen? Randstadkinderen kregen vroeger (mondeling) de flauwe vraag voorgelegd of het ligt of legt moest zijn in Hij legt op de divan. Na het goede antwoord volgde dan: Nee, hij legt op de dief an. Slimme kinderen antwoordden op zoiets met: Lig niet so te seiken.