Er is een betekenisverschil.

 

verantwoordelijkheid

de verplichting om rekenschap af te leggen over iets, het verantwoordelijk zijn voor iets
Het bestuur draagt de verantwoordelijkheid voor het gevoerde beleid.

 

verantwoording

het geven van rekenschap, het verantwoorden van iets
Het bestuur legt verantwoording af over het gevoerde beleid.

 

Verantwoordelijkheid komt van het bijvoeglijk naamwoord verantwoordelijk. U bent ergens verantwoordelijk voor. Een verantwoordelijkheid kunt u aanvaarden, afwijzen, dragen, nemen, opeisen of opnemen.

 

Verantwoording komt van het werkwoord verantwoorden: 'rekenschap geven van'. Verantwoording kunt u afleggen of geven. Als u ergens verantwoordelijk voor bent, kunt u ter verantwoording worden geroepen. Beide woorden in één zin: Omdat de openbare orde valt onder de verantwoordelijkheid van de burgemeester, heeft hij in dezen de plicht tot verantwoording.

 

Nog enkele voorbeelden:

  • Hij kan ter verantwoording geroepen worden voor een misstap.
  • Een verzetsgroep kan de verantwoordelijkheid opeisen voor een aanslag.
  • Hij neemt de verantwoordelijkheid op zich. (die hij eerder nog niet had)
  • Hij neemt de / zijn verantwoordelijkheid. (en trekt hieruit consequenties)
  • Hij neemt iets voor zijn verantwoording. (en is bereid het te verdedigen)
  • Hij werd ter verantwoording geroepen.

 

Verantwoordelijkheid wordt vaak gebruikt met werkwoorden die bij verantwoording horen, en andersom. Je krijgt dan contaminaties als verantwoordelijkheid afleggen in plaats van verantwoording afleggen of verantwoording nemen of dragen in plaats van verantwoordelijkheid dragen. Zie ook aansprakelijk / verantwoordelijk en onverantwoord / onverantwoordelijk.